Aandeel in het totaal
Portefeuillehouder: L. Vissers-Koopman, D. Emmer, J. Olthof
Verantwoordelijk directeur: C. Tip
Programmadoelstelling en de rol van de gemeente
De openbare ruimte draagt bij aan een veilig en comfortabel woon-, werk- en ondernemersklimaat. De gemeente, geeft ruimte aan derden om een bijdrage te leveren aan het beheer van de openbare buitenruimte en tot mogelijkheden om te recreëren in de regio.
Terugblik
Belangrijke thema’s binnen de openbare ruimte zijn arbeidsparticipatie, burgerparticipatie, het verbeteren van de effectiviteit, klantgerichtheid en het creëren van een klimaat van innovatie. Om hierop te kunnen inspelen, is in 2015 een organisatievisie opgesteld die de voorwaarden moet scheppen om als organisatie slagvaardiger op te treden. Op het gebied van arbeidsparticipatie wordt op dit moment de mogelijkheid geboden aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt om met behoud van uitkering werkervaring op te doen. Binnen de openbare ruimte doen wij dit met behulp van ‘ServicePlusTeams’ en het team ‘Werken in de Wijk’. Dit heeft er in 2015 toe geleid, dat 151 mensen werkervaring hebben kunnen opdoen en dat 39 mensen zijn door gestroomd naar de reguliere arbeidsmarkt. Voor wat betreft burgerparticipatie is in 2015 doorgegaan met groenadoptie. Er zijn nu 156 overeenkomsten afgesloten met bewoners. Daarnaast is groenadoptie verbreed. Bewoners kunnen ook speelvoorzieningen en straatmeubilair adopteren. Om de directe woonomgeving schoon te houden, zijn groepen bewoners actief op het gebied van zwerfafval. Dit onder meer door een zwerfafvalestafette die maandelijks in een andere wijk wordt gehouden. In toenemende mate worden instellingen, maatschappelijke organisaties, bedrijven- en winkeliersverenigingen betrokken bij het onderhouden van de openbare ruimte. Zo zal in HoogTij het beheer en onderhoud verlopen middels een parkmanagement-organisatie en is de gemeente in gesprek met het bedrijventerrein Noorderveld en het Hembrugterrein. Eind 2015 heeft Zaanstad zich aangemeld om samen met stichting Nederland Schoon te komen tot een beloningssysteem voor het verwijderen van zwerfafval door maatschappelijke organisaties. Op het gebied van duurzaamheid is in 2015 onderzoek gedaan naar: • de mogelijkheden om over te stappen naar chemievrije onkruidbestrijding • de effecten van klimaatverandering zoals hittestress en extreme regenval. Het onderzoek moet leiden tot gerichte planvorming hoe er in Zaanstad kan worden geanticipeerd.
Effectindicator | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
De waardering van de burger voor het onderhoud van de openbare ruimte. | 6,0 (2010) | 6,2 | 6,0 | 6,2 | 6,0 | Zaanpeiling |
Tevredenheid burger over de afhandeling van meldingen openbare ruimte. | 45% (2010) | 53% | 50% | 52% | 50% | Zaanpeiling |
Het aantal mensen met afstand tot de arbeidsmarkt dat binnen het werkveld openbare ruimte begeleiding ontvangt om te kunnen doorstromen naar regulier werk. | 2015 is nulmeting | Niet gemeten | 28 | 39 | 28 | Gemeentelijke registratie |
1.1 Beheer en onderhoud openbare ruimte
Zorgen voor een schone en veilige openbare ruimte, het betrekken van de burger bij het onderhoud en de klantgerichte afhandeling van meldingen. De openbare ruimte wordt onderhouden op een bestuurlijk vastgesteld kwaliteitsniveau. De openbare ruimte is bij uitstek geschikt om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt werkervaring te laten opdoen. De afgelopen drie jaar is daarmee al veel ervaring opgedaan en dat wordt de komende jaren gecontinueerd. Via het Service Plus Team (SPT) en team Werken in de Wijk (WidW) hebben mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt onder begeleiding werkervaring opgedaan en kunnen leren. Een belangrijk deel is daarna uitgestroomd naar reguliere werkgevers. Daarnaast is een langdurige relatie met Baanstede opgebouwd. Door een goede communicatie over groenadoptie nodigt de gemeente bewoners uit om het beheer en onderhoud van de openbare ruimte over te nemen. Als mensen aangeven zich te willen inzetten voor de openbare ruimte, bekijkt de gemeente hoe zij kan faciliteren.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Gemiddeld kwaliteitsniveau verwijderen zwerfafval (rapportcijfer 1-10). | Nieuw beleid en nieuwe streefwaarde miv 2014 | 5,9 | 6,0 | 7,5 | 6,0 | Meting bureau CREM |
Aantal maatschappelijke initiatieven om bij te dragen aan de openbare ruimte. | Is nieuwe indicator | Niet gemeten | 40 | 53 | 40 | Gemeentelijke registratie |
Percentage meldingen dat binnen de afhandelingstermijn wordt afgedaan. | 89% | 94% | 90% | 96% | 90% | Gemeentelijke registratie |
Het aantal mensen met afstand tot de arbeidsmarkt dat binnen het werkveld openbare ruimte begeleiding ontvangt om te kunnen doorstromen naar regulier werk. | Is nieuwe indicator | Niet gemeten | 80 | 151 | 80 | Gemeentelijke registratie |
- Het uitvoeren van dagelijks onderhoud van de openbare ruimte op een bestuurlijk vastgesteld kwaliteitsniveau
- Het onderzoeken op welke wijze meer zeggenschap kan worden gegeven en bewoners actief kunnen worden betrokken bij de prioriteiten bij het beheer van de openbare ruimte
- Het realiseren van omvormingen die leiden tot structureel lagere onderhoudslasten zoals, vastgelegd in de begroting 2014-2017
- Het overdragen van beheer van watergangen in stedelijk gebied aan het hoogheemraadschap
- Bij gladheid van wegen zorgen voor begaanbare hoofdinfrastructuur
- Klantgericht afhandelen van meldingen
- Het realiseren van noodzakelijke organisatieaanpassingen.
- Bewoners worden uitgenodigd om het beheer en onderhoud van de openbare ruimte in de directe woonomgeving over te nemen door inzet van diverse communicatiemiddelen van de gemeente
- Actualisatie van het bomenbeleidsplan
Door goede communicatie over groenadoptie stimuleert de gemeente bewoners om het beheer en onderhoud van de openbare ruimte over te nemen. Het ingezette beleid ten aanzien van burgerparticipatie gaat voorspoedig: afgelopen jaar zijn er 53 groenadoptie-initiatieven gestart. Hiermee komt het aantal op 156. Daarnaast streven we ernaar om de burgerparticipatie te verbreden door onder andere: • Adoptie van andere objecten mogelijk te maken zoals speelplaatsen en straatmeubilair. • Samenwerking met bedrijven- en winkeliersverenigingen voor het beheer en onderhoud van terreinen. • De mogelijkheden van beloning te bekijken voor inzet op participatie in het onderhoud. Naast groenadoptie is ook ingezet op het vergroten van participatie ten aanzien van het verwijderen van zwerfafval. Zo hebben in 2015 meerdere zwerfafval-estafettes plaatsgevonden. Daarnaast zijn afspraken gemaakt met winkeliers in winkelcentra Krommenie, Wormerveer en Inverdan om te komen tot gezamenlijk aanpak voor een schoon winkelcentrum. Ook zijn de subsidiegelden van Nedvang onder meer besteed aan zwerfafval en voor het verstrekken van lespakketten. De openbare ruimte wordt onderhouden op een bestuurlijk vastgesteld kwaliteitsniveau. De kwaliteitsmeting voor het uitvoeren van het dagelijks onderhoud van de openbare ruimte in 2015 laat zien dat verbeteringen mogelijk zijn voor het verwijderen van klein zwerfafval in Inverdan. Hier wordt in 2016 extra aandacht aan besteed, verder zijn de doelstellingen behaald. De openbare ruimte is bij uitstek geschikt om mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt werkervaring te laten opdoen. De afgelopen drie jaar is daarmee al veel ervaring opgedaan en dat wordt de komende jaren gecontinueerd. Van de 151 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt die via het werkveld openbare ruimte, begeleiding hebben ontvangen om te kunnen doorstromen naar regulier werk zijn er afgelopen jaar 39 mensen doorgestroomd. Ook in 2015 is de gemeente verder gegaan met het omvormen van groen. Hierbij worden dure groensoorten (sierbeplanting) vervangen naar goedkopere groensoorten zoals gras. Tot en met 2015 is een areaal 30.600 m² omgevormd en is 1.800 m2 groen dat omgevormd zou worden, geadopteerd door bewoners. Eind 2018 wordt het punt bereikt dat de besparing gelijk is aan de investering die is gedaan. Vanaf dat moment wordt er een jaarlijkse besparing gerealiseerd van € 103.000. Afgelopen jaar zijn met het Hoogheemraadschap afspraken gemaakt over de overdracht van het beheer van 73 kilometer aan watergangen. Na de overdracht blijft 10 kilometer aan watergangen bij de gemeente in beheer. Omdat het stedelijk gebied een hogere onderhoudsbehoefte kent vanwege (zwerf-)afval en botulismebestrijding blijven deze werkzaamheden voor rekening van de gemeente. Het waterschap wordt verantwoordelijk voor het op diepte onderhouden van watergangen en het vrijhouden van ongewenste plantengroei. Verwacht wordt dat het waterschap met de najaarsschouw 2016 zijn nieuwe taken oppakt. Voor de openbare ruimte is 96% van de meldingen op tijd afgehandeld. Er wordt een stijging gezien bij de meldingen van de openbare verlichting (circa 650) en beeldkwaliteit (circa 100). En een vermindering van het aantal meldingen voor groen & wegen (circa 500), verkeer (circa 400) en overig (circa 1.100).
In 2015 is de uitvoeringswijze winterseizoen 2014/2015 geëvalueerd en is het Uitvoeringsplan Gladheidsbestrijdingplan 2015/2016 vastgesteld. Door het zachte winterseizoen in 2015 is de gladheidbestrijding 33 keer uitgerukt. In 2015 is gestart met de actualisatie van het bomenbeleidsplan. Verwacht wordt dat dit in de loop van 2016 wordt afgerond.
1.2 Vervanging in de openbare ruimte
Ten aanzien van de vervanging van de openbare ruimte worden de komende jaren geen onderhoudsachterstanden meer ingelopen. Om de kosten voor vervanging van de openbare ruimte te beperken, is in de begroting 2014-2017 besloten om een deel van de vervangingen op een sobere wijze uit te voeren. Dit houdt in dat de openbare ruimte wordt vervangen zonder ingrijpende aanpassingen. In het meerjareninvesteringsplan voor de openbare ruimte worden de projecten gespecificeerd die in aanmerking komen voor herinrichting of een sobere vervanging. Bij herinrichting wordt de openbare ruimte in overleg met belanghebbenden aangepast aan de eisen van het hedendaagse gebruik.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Areaal verhardingen dat wordt vervangen. | Nieuw beleid en nieuwe streefwaarde miv 2014 | 330.000 m2 | 267.000 m2 | 236.554 m2 | 267.000 m2 | Gemeentelijke registratie |
Percentage realisatie investeringen openbare ruimte. | 100% | 99% | 100% | 82% | 100% | Gemeentelijke registratie |
- Realiseren van het meerjareninvesteringsplan voor de openbare ruimte.
- Het verwerven van subsidies.
- Actualiseren meerjareninvesteringsplan openbare ruimte voor komende jaren.
Ten aanzien van de vervanging van de openbare ruimte worden de komende jaren geen onderhoudsachterstanden meer ingelopen. In de begroting 2014-2017 is besloten dat de openbare ruimte wordt vervangen zonder ingrijpende aanpassingen. Wanneer herinrichting nodig is wordt dit in overleg met belanghebbende aangepast aan de eisen van het hedendaagse gebruik. Het meerjareninvesteringsplan voor de openbare ruimte is in 2015 geactualiseerd en geeft een overzicht van de voorgenomen herinrichtingen van de openbare ruimte voor de periode 2016-2019. De realisatie van het investeringsplan is niet gehaald. Dit komt voornamelijk door wegen. Er zijn meer inkomsten geweest en er is minder besteed dan was voorzien bij het opstellen van het meerjareninvesteringsplan 2015-2018. Zes projecten (Elektrabuurt, Havenbuurt, Oranjestraat-Krugerstraat, Pieter Ghijsenlaan, Russische buurt fase 1 en Vincent van Goghweg) zijn in 2015 niet in uitvoering gekomen. Vier projecten (Kalf, Koninginnebuurt, Neptunuslaan en Poelenburg West 1+2) zijn vertraagd en later dan gepland in uitvoering gekomen. De vertraging wordt veroorzaakt door uiteenlopende oorzaken, zoals meer tijd voor de afstemming met belanghebbenden, onvoorziene scopewijzigingen tijdens de ontwerpfase en afstemmingsproblemen met andere projecten om te komen goede tijdelijke verkeersmaatregelen tijdens de uitvoering van projecten. Hoewel met dergelijke tegenvallers in de (over-)planning van het meerjareninvesteringsplan rekening wordt gehouden, blijkt dit voor 2015 onvoldoende te zijn geweest om voornoemde tegenvallers te kunnen opvangen.
2.1 Onderhoud riolering
Het gemeentelijk rioolbeheer richt zich op een doelmatig beheer en onderhoud van de riolering conform een actueel beleidskader. Op basis van het Bestuursakkoord Water zijn afspraken gemaakt om de maatschappelijke kosten van de gehele waterketen te beperken. Om dit te bereiken, is ingezet op het intensiveren van de samenwerking met regiogemeenten, drinkwaterbedrijf en hoogheemraadschap. Het intensiveren van de samenwerking vindt plaats op basis van bestuursconvenanten met betrokken partijen in de regio.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Areaal geïnspecteerd riool | Is nieuwe indicator | Niet gemeten | 17.454 m | 15.900 m | fluctueert | Gemeentelijke registratie |
Percentage meldingen dat binnen de afhandelingstermijn wordt afgedaan | 88% (2010) | 90% | 90% | Gemeentelijke registratie |
- Inspectie riolering conform inspectieplan
- Actualiseren van de operationele rioleringsplannen
- Opstellen voortgangsrapportage rioolbeheer
- Uitvoeren maatregelen samenwerkingsconvenanten regiogemeenten Zaanstreek-Waterland, drinkwaterbedrijf en hoogheemraadschap
- Klantgerichte afhandeling van meldingen
- Onderzoek naar de effecten van klimaatverandering.
Op basis van het Bestuursakkoord Water zijn afspraken gemaakt om de maatschappelijke kosten van de gehele waterketen te beperken. Om dit te bereiken, is ingezet op het intensiveren van de samenwerking met regiogemeenten, drinkwaterbedrijf en hoogheemraadschap. In 2015 zijn in alle gebieden, conform het inspectieplan, geïnspecteerd. Het betreft 15.900 m1 aan riolering. Afgelopen jaar is begonnen met het actualiseren van het operationele van de plannen, dit zal in 2016 worden afgerond. De voortgangsrapportage rioolbeheer 2014 wordt gecombineerd met de voortgangsrapportage 2015 en zal begin 2016 ter informatie aan de raad worden aangeboden. Het totaalaantal meldingen riolering is afgenomen van 1.750 in 2014 naar 1.340 in 2015 en de tijdigheid van afhandeling is conform de daarvoor gestelde norm. De samenwerking met regiogemeenten, waterschap en drinkwaterbedrijf heeft ertoe geleid dat verschillende onderhoudswerkzaamheden gezamenlijk zijn en worden aanbesteed. Met de Deltabeslissing Ruimtelijk Adaptie zijn gemeenten gevraagd zorg te dragen om in 2050 hun infrastructuur in stedelijke omgeving water-robuust en klimaatbestendig in te richten. De effecten van klimaatsverandering door droogte, extreme neerslag en hitte zijn in 2015 in beeld gebracht. Hieruit komt naar voren op welke plaatsen in de stad de berging van regenwater in het rioolstelsel niet meer lukt. In 2016 wordt gekeken naar maatwerkoplossingen en op basis hiervan zal een programma worden ontwikkeld om de klimaateffecten te nivelleren. Het onderzoek naar de kapitaallasten riolering in Zaanstad is afgelopen jaar afgerond. Dit onderzoek geeft inzicht in de opbouw van de kosten die worden doorbelast naar het rioolrecht, brengt besparingsmogelijkheden in beeld en geeft een aantal scenario’s om ontwikkeling van het rioolrecht op lange termijn te kunnen beïnvloeden.
2.2 Vervanging riolering
Voor een goed functionerend rioolstelsel is het nodig dat vervanging tijdig wordt uitgevoerd. Onderhoudsachterstanden lopen we de komende jaren in. Bij het inplannen van rioolvervanging is een goede afstemming met vervangingsprojecten in de openbare ruimte noodzakelijk om te komen tot een doelmatige besteding van financiële middelen. Om dit te bereiken, wordt het investeringsplan jaarlijks geactualiseerd.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Areaal riolering dat wordt vervangen. | 25.280 m (2011) | 19.600 m | 19.630 m | 16.093 m | 20.000 m | Gemeentelijke registratie |
Percentage realisatie investeringen riolen. | n.v.t. | 99% | 100% | 86% | 100% | Gemeentelijke registratie |
- Realiseren rioolinvesteringen uit het meerjareninvesteringsplan openbare ruimte
- Actualiseren rioolinvesteringen voor komende jaren in meerjareninvesteringsplan openbare ruimte
Voor een goed functionerend rioolstelsel is het nodig dat vervanging tijdig wordt uitgevoerd. Bij het inplannen van rioolvervanging is een goede afstemming met vervangingsprojecten in de openbare ruimte noodzakelijk om te komen tot een doelmatige besteding van financiële middelen. Om dit te bereiken, wordt het investeringsplan jaarlijks geactualiseerd. Van de geplande prestatie om 19.630 meter riool te vervangen is 16.093 meter gerealiseerd. Omdat projecten integraal worden voorbereid en uitgevoerd, zijn de eerder vermelde oorzaken (zoals onvoorziene scopewijzigingen tijdens de ontwerpfase en afstemmingsproblemen) het bij het realiseren van het investeringsplan openbare ruimte ook hier van toepassing. Het project ongerioleerde panden in het buitengebied is in 2015 niet van start kunnen gaan vanwege de relatie met het dijkverbeteringsprogramma van het hoogheemraadschap die niet is gestart. Vanwege de relatie tussen het aansluiten van ongerioleerde panden in het buitengebied en het dijkverbeteringsprogramma van het hoogheemraadschap die niet zijn gestart, is het project ongerioleerde panden in het buitengebied in 2015 niet van start gegaan.
3.1 Begraven en begraafplaatsen
Zorgdragen voor nette begraafplaatsen en het faciliteren van begrafenissen.
- Faciliteren van begrafenissen
- Het onderhouden van de begraafplaats
De gemeente draagt zorg voor nette begraafplaatsen en het faciliteren van begrafenissen. Het onderhoud aan de begraafplaatsen is in 2015 uitgevoerd conform het vastgestelde beeldkwaliteitsbestek. Voor de begraafplaatsen zijn geen vervangingsinvesteringen gepland. Het afgelopen jaar is er een lichte stijging te zien van het aantal begrafenissen tegenover voorgaande jaren.
Effectindicator | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Het aantal verbeterde funderingen. | n.v.t. | 77 | 60 | 117 | 60 | Gemeentelijke registratie |
4.1 Funderingsrisico's en herstel
Van belang voor de kwaliteit van de woningvoorraad in Zaanstad en de kwaliteit van de leefomgeving in buurten en wijken, is om te komen tot een tijdig funderingsherstel van woningen. De aanpak van de gemeente richt zich op: - Het onderkennen van risicogebieden en het verzorgen van goede communicatie richting de woningeigenaren over de funderingsrisico's - Het vroegtijdig beoordelen van panden in gebieden waar de gemeente van plan is om projecten in de openbare ruimte te gaan uitvoeren, waardoor inzicht in de kwaliteit van het woningbestand wordt verkregen en waardoor via een gerichte aanpak bewoners worden geactiveerd om de funderingen te verbeteren. Door deze pro-actieve aanpak worden uitvoeringsrisico's en kosten beperkt op het moment dat de gemeente projecten gaat uitvoeren. - Het samenwerken met rijksoverheid, banken, verzekeringspartijen en woningbouwcorporaties om het funderingsherstel zo goed mogelijk te faciliteren. Eigenaren van panden worden met funderingsherstel voor een grote financiële opgave gesteld en het is in het belang van alle partijen dat eigenaren de stap tot funderingsherstel kunnen maken.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Percentage projecten openbare ruimte dat zonder hoge meerkosten (binnen norm) is gerealiseerd. | Is nieuwe indicator | 100% | 90% | 100% | 90% | Gemeentelijke registratie |
- Tijdige beoordeling funderingsrisico's bij projecten in de openbare ruimte zodat goede inplanning vervangingsinvesteringen openbare ruimte mogelijk is
- Maken en uitdragen bredere communicatie aangaande de Zaanse funderingsproblematiek en de eigenaren wijzen op de eigen verantwoordelijkheid voor hun pand met de nadruk op de communicatie rondom de concept MIP-gebieden
- Uitbreiden en monitoren meetboutenbestand
- Eigenaren stimuleren en ondersteunen in het proces rond en de aanloop naar funderingsherstel
- Opleggen last onder bestuursdwang (relatie met programma 8: Openbare Orde en Handhaving)
- Zoeken en uitwerken nieuwe (Zaanse) financiële arrangementen om funderingsherstel door eigenaar mogelijk te maken die niet op de reguliere markt terecht kunnen (nieuwe maatwerklening / erfpachtmodel / BKZ-model)
- Lobby om funderingsherstel bij hogere overheid onder de aandacht te krijgen en (waar mogelijk en redelijk) blokkerende wet- en regelgeving te laten aanpassen (relatie met programma 4: Ruimtelijke en gebiedsontwikkeling)
Voor de kwaliteit van de woningvoorraad in Zaanstad en de kwaliteit van de leefomgeving in buurten en wijken is het van belang om te komen tot een tijdig funderingsherstel van woningen. De aanpak van de gemeente richt zich op: • Het onderkennen van risicogebieden • Het vroegtijdig beoordelen van panden • Het samenwerken met rijksoverheid en andere instellingen om funderingsherstel voor bewoners mogelijk te maken. In 2015 zijn voor alle projecten in het Meerjarig Investerings Programma (MIP) en de projecten die in aanmerking komen voor plaatsing op het MIP rondom oude panden risicoanalyses uitgevoerd. Over het algemeen geldt dat de communicatie vier jaar voorafgaand aan de werkzaamheden is opgestart. Alle pandeigenaren met oude funderingen zijn minimaal tweemaal per brief geïnformeerd over de funderingsproblematiek en de risico’s. In de brieven wordt uitgenodigd tot gebruikmaking van onderzoekssubsidie en verder contact en advies via het GAF. Naar aanleiding van de beoordeling uit de risicoanalyses zijn hoogtemetingen gestart bij oude panden op een originele fundering. Deze zakkingsmetingen worden gemonitord om planning van projecten rondom oude panden te bewaken en indien nodig bijtijds aan te passen. De maatwerklening is op 1 oktober 2015 operationeel gegaan. In het laatste kwartaal van 2015 zijn er verschillende aanmeldingen geweest voor deze regeling. Ook komt een aantal eigenaren niet in aanmerking doordat hun pand geen overwaarde heeft. Op dit moment is er contact met twee eigenaren die mogelijk wel in aanmerking komen voor de maatwerklening en zo funderingsherstel in gang kunnen zetten. Zolang er geen andere financiële oplossingen zijn om funderingsherstel mogelijk te maken, is de verwachting dat in 2016 door een klein aantal eigenaren gebruik zal worden gemaakt van de huidige maatwerklening. Tot slot zijn er gesprekken met banken en met de fiscus voor eigenaren die niet op de reguliere markt terecht kunnen. Om te komen tot financiële oplossingen is in 2015 op bestuurlijk niveau gesproken met onder andere het Rijk.
5.1 Markten
In 2013 heeft de VNG de Model Marktverordening geïntroduceerd. Een van de belangrijkste veranderingen ten opzichte van de Model Marktverordening 2008 is het vervallen van het Marktreglement 2008. Hiertegenover staat de introductie van het inrichtingsplan, waarmee de wijze van functioneren per markt voor het grootste gedeelte wordt bepaald. De markten zullen worden geprofessionaliseerd en efficiënter worden georganiseerd. Zo zullen de marktkramen worden aanbesteed en wordt de marktregistratie gedigitaliseerd.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Gemiddelde bezettingsgraad van de markten. | n.v.t. | 80% | 80% | 80% | 80% | Gemeentelijke registratie |
- Digitalisering marktproces implementeren
De doelstelling om markten te professionaliseren en efficiënter te organiseren is in 2015 behaald. De marktkramen worden vanaf afgelopen jaar aanbesteed en de marktregistratie is gedigitaliseerd.
5.2 Kermissen
Op grond van de verordening organiseert de afdeling Straattoezicht drie kermissen per jaar in Zaanstad.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Het aantal kermissen in Zaanstad dat wordt georganiseerd. | 3 | 3 | 3 | 3 | Gemeentelijke registratie |
- Het aanwijzen van een definitief evenemententerrein voor de kermis
De gemeente organiseert drie kermissen per jaar in Zaanstad. Daarvoor is het van belang om te komen tot een evenemententerrein en een salonwagenterrein voor de kermisexploitanten. Dit is HoogTij geworden.
Effectindicator | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Tevredenheid bezoekers recreatiegebieden. | n.v.t. | 7,0 | 7,0 | Nog niet bekend | 7,0 | Recreatiemonitor RAUM en Twiske |
Bezoekersaantallen Alkmaardermeer en Uitgeestermeer en Twiske. | 1,45 miljoen | 1,67 miljoen | 1,75 miljoen | Nog niet bekend | 1,75 miljoen | Recreatiemonitor RAUM en Twiske. |
Bezoekersaantallen accommodaties NME. | 154.000 | 155.000 | 150.000 | 155.600 | 150.000 | Opgave stichting NME. |
6.1 Recreatieve mogelijkheden
De gemeente draagt (mede) zorg voor het beheer en de exploitatie van de recreatiegebieden Alkmaardermeer, Uitgeestermeer (RAUM) en Twiske. De recreatieschappen hebben in het verleden een grote onderhoudsachterstand opgebouwd en met een financiële bijdrage van de provincie is een bestemmingsreserve beschikbaar voor het inhalen van het achterstallig onderhoud. Met een meerjarenplanning worden de onderhoudsachterstanden ingelopen en het recreatieschap streeft daarbij naar evenwicht in de inkomsten en uitgaven. Daarbij kijkt het gemeentebestuur kritisch naar de meerwaarde van de huidige voorzieningen en bij vervanging naar de duurzaamheid van investeringen. Op termijn is het onderhoud van alle bestaande voorzieningen niet meer haalbaar. Daarom werken de recreatieschappen aan een plan om onderdelen door derden te laten exploiteren, met een opbrengst uit huur of pacht voor het recreatieschap. Met het uitbesteden van voorzieningen ontstaat een goede afstemming van de vraag en het aanbod, waarbij het recreatieschap als initiator optreedt en zorgt voor de basisvoorzieningen. Er zijn al succesvolle stappen gezet, waaronder de uitgifte van zorgboerderij 'de Marsen' in het Twiske. In de toekomst volgt ook de verzelfstandiging van erfgoedpark 'de Hoop' bij het Alkmaardermeer. Met dit beleid ontstaat verdienvermogen bij de recreatieschappen. Om deze ontwikkeling te bespoedigen, stellen beide recreatieschappen een nieuwe visie op waar zij de recreant en de markt bij betrekken.
- Opstellen visie voor duurzaam beheer van de recreatiegebieden Alkmaardermeer en Uitgeestermeer en Twiske
- Stimuleren dat besturen recreatieschappen inkomsten en uitgaven in evenwicht brengen
- Het laten uitvoeren inhaalslag achterstallig onderhoud
De gemeente draagt (mede) zorg voor het beheer en de exploitatie van de recreatiegebieden Alkmaardermeer, Uitgeestermeer (RAUM) en Twiske. In de begroting staat dat de recreatieschappen het verdienvermogen willen verhogen om de begrotingen in balans te krijgen. De schappen (zowel Twiske – Waterland als RAUM) hebben elk een visie opgesteld met een nieuw beleidskader. Deze visies zijn in 2015 vastgesteld. Hiermee kan met behulp van ondernemers het verdienvermogen omhoog en kan er worden toegewerkt naar een begrotingsevenwicht. De gemeenteraad van Uitgeest heeft niet ingestemd met het plan voor Erfgoedpark de Hoop. Dat heeft gevolgen voor het verdienvermogen van het recreatieschap omdat de ontwikkeling van het erfgoedpark moet bijdragen aan de inkomsten van het RAUM. Het Algemeen Bestuur zal de aanpak van de ontwikkeling van het erfgoedpark gaan heroverwegen om de ambities uit de visie te kunnen waarmaken.
6.2 Natuur- en milieueducatie
Sinds 1993 beheert de stichting Natuur- en Milieueducatie (NME) de kinderboerderij Darwinpark, het natuurmuseum, de heemtuin, de schoolwerktuinen en het biologisch lescentrum. Daaraan gekoppeld biedt de stichting een breed aanbod aan educatieve activiteiten, waaronder lespakketten aan basisschoolleerlingen en begeleiding van leerlingen in de schooltuinen. Daarmee leren kinderen over de natuur en worden zij zich meer bewust van de waarde ervan. Het ZNMC (Zaans Natuur- en Milieu Centrum) en KMZ ( Kontakt Milieubeheer Zaanstreek) geven adviezen op het gebied van natuur en milieu en dragen zo bij aan een leefbaar, groen en gezond Zaanstad. Met de adviezen en initiatieven ontstaan bijvoorbeeld natuurspeelplaatsen, alternatieve en duurzame beheervormen en betrokkenheid van bewoners bij het groen en openbare ruimte. De Stichting NME heeft voor de periode 2014–2018 een strategisch beleidsplan opgesteld en beoogt daarmee een transitie naar een ‘NME nieuwe stijl’. Daarmee wil de stichting nieuwe ambities op het gebied van organisatie, samenwerking en inhoudelijke activiteiten bereiken. In 2015 zal de gemeente de voortgang van de transitie bij de stichting en de daarmee samenhangende effectiviteit en efficiëntie van de resultaten uit het subsidieovereenkomst evalueren.
Prestatie indicatoren | Nulmeting | Realisatie | Begroting | Realisatie | Streef- | Bron |
---|---|---|---|---|---|---|
Aantallen lespakketten die zijn verstrekt. | n.v.t. | 25.400 | 23.500 | 29.100 | 25.000 | Opgave stichting NME |
- Beheer en onderhoud kinderboerderij Darwinpark, natuurmuseum, biologisch lescentrum, schooltuinen en heemtuin
Stichting NME heeft voor de periode 2014-2018 een strategisch beleidsplan opgesteld en beoogt daarmee een transitie naar een ‘NME nieuwe stijl’. Deze nieuwe stijl zit op het gebied van organisatie, samenwerking en inhoudelijke activiteiten. De gemeente heeft in 2015 samen met de stichting de voortgang van de transitie geëvalueerd en daarmee de samenhangende effecten en de efficiëntie van de resultaten uit de subsidieovereenkomst. Vervolgens zijn hier ontwikkelscenario’s voor opgesteld waarin de ambities op het gebied van organisatie, inhoudelijke activiteiten en samenwerking verder zijn uitgewerkt. In 2016 zal (in overleg met de gemeente) een keuze worden gemaakt uit één van de scenario’s. De stichting zal vervolgens een businessplan opstellen dat aan het gemeentebestuur wordt aangeboden.
Totaal programma | Begroting | Realisatie | Verschil |
Lasten | -23.492 | -23.976 | -484 |
Baten | 83.162 | 83.597 | 435 |
Toevoegingen | -28.254 | -27.848 | 406 |
Onttrekkingen | 1.245 | 1.245 | |
Saldo | 32.661 | 33.018 | 357 |
Toelichting op afwijkingen per programma
Het nadeel op de lasten wordt voornamelijk veroorzaakt als gevolg van hogere apparaatslasten. Het voordeel op de baten wordt onder andere veroorzaakt doordat er diverse subsidies zijn gerealiseerd. Ook zijn er hogere baten op het product Begraven en begraafplaatsen als gevolg van een toename van begravingen en afkopen van grafonderhoud. Er is minder onttrokken aan de reserve maatschappelijk nut als gevolg van een lagere versnelde afschrijving op activa met maatschappelijk nut.